“Niemand wordt beter van polarisatie” was de titel van een column in De Tijd (april 2015) van Anne De Paepe, rector van de Universiteit van Gent. “Als ik naar de radio luister, de krant opensla of naar het nieuws kijk, kan ik alleen maar vaststellen dat bijna elk maatschappelijk thema in een zwart-witdiscours wordt gekaderd. Het lijkt wel alsof de tegenstellingen tussen bevolkingsgroepen nooit eerder zo groot waren. Mensen lijken uit elkaar te groeien, hetzij op religieus vlak, hetzij economisch, financieel of politiek. En nee, het is niet altijd een ver-van-onsbedshow, steeds meer gebeurt het heel dicht bij huis.”
Anne De Paepe heeft niet kunnen bevroeden dat haar observatie vijf jaar later nog eens sterk uitvergroot zou worden door een verdeeldheid veroorzakende virusinfectie. Het COVID-19 virus zaaide anno 2021 niet enkel wereldwijd dood en verderf, maar legde ook bloot dat de mens nog steeds niet heel goed heeft geleerd om strijd te vermijden en juist de consensus en de verbinding te zoeken. Een gezamenlijke vijand kan verbinden maar kennelijk ook tot op het bot verdelen.
Polarisatie heeft in de historie van de mensheid geleid tot enorme rampen in de vorm van gewelddadige escalaties. Echter ook op de werkvloer, binnen relaties, en in sociale contacten zorgt het denken en handelen in uitersten heel vaak voor grote conflicten. In de navolgende tekst geef ik een aantal overwegingen over hoe gematigder standpunten het contact met onze medemensen kunnen veraangenamen en onszelf meer vrijheid kunnen schenken.
Het juk van de keuzes
Ons leven bestaat voor een heel groot deel uit keuzes maken. We staan er niet zo bewust bij stil maar elke dag weer maken we honderden keuzes. Voor de hand liggende keuzes en keuzes die een zorgvuldige afweging vragen. Vooral de keuzes met betrekking tot standpunten en meningen waarbij moraliteit, ethiek, of maatschappelijke vraagstukken een rol spelen kunnen ingewikkeld zijn. Wanneer we moeten kiezen tussen twee kwaden, dan kan dat zelfs een schier onmogelijke keuze zijn. Dat wordt aangrijpend weergegeven in het boek Sophie’s choice, waarin Sophie in het concentratiekamp de afschuwelijke keuze moet maken dat haar zoontje of haar dochtertje mag blijven leven. Dergelijke diep dramatische keuzes komen Goddank slechts zeldzaam voor. Keuzes tussen twee uitersten wel. Althans zijn we te vaak geneigd om te denken dat we tussen twee uitersten moeten kiezen en zien we te weinig tussenopties.
Kiezen tussen twee uitersten
Ons denken werkt lineair. Dat wil zeggen dat we afwegingen maken tussen twee opties die ergens op een denkbeeldige lijn zijn ingeschaald. Wanneer we twee opties ver uit elkaar plaatsen dan wordt de keuze moeilijker. Een voorbeeld: wanneer we een bedrijfje hebben dat failliet dreigt te gaan dan kunnen we in onze gevoelde reddeloosheid bedenken dat er maar twee opties zijn; een bank beroven of het faillissement aanvaarden. Aan beide opties zijn erg grote consequenties verbonden, en dat maakt de keuze moeilijk. De keuze wordt wat gemakkelijker als we opties kunnen vinden die wat dichter bij het midden liggen. Bijvoorbeeld zouden we tijdelijk een bijbaantje kunnen vinden om de financiën op orde te krijgen, of zouden we een investeerder kunnen vinden die we er van kunnen overtuigen dat het bedrijf wel levensvatbaar is en dat hij bij voortzetting zijn geld dubbel en dwars terug verdient. Op die manier kunnen we een faillissement vermijden en/of hoeven we geen gaten in panty’s te knippen, geen schiettuig te kopen, belasten we ons geweten niet, en riskeren we geen jarenlange gevangenisstraf.
Denken in uitersten leidt tot conflicten
In het voorbeeld van het bijna failliete bedrijf is sprake van een probleem dat aanleiding geeft tot een individueel innerlijk conflict. Wanneer er echter sprake is van diametrale tegenoverstellingen tussen afzonderlijke mensen ontstaan er meestal aanvaringen, ruzies, en zelfs gewelddadige conflicten. Op micro niveau tussen twee mensen, op macro niveau tussen groepen, volken, of landen. In de politiek zien we dat bijvoorbeeld terug in de strijd tussen de uitersten op links en rechts. Ze bevechten elkaar veelal te vuur en te zwaard. Denk bijvoorbeeld eens terug hoe vijandig het communistische Rusland en China tegenover het westen stonden (staan), en omgekeerd. Er zijn in het verleden heel wat conflicten tussen en communisme en kapitalisme geweest die in een wereldwijde catastrofe hadden kunnen eindigen. Bijvoorbeeld in de tijd van de koude (kern)oorlog. En de Vietnamoorlog werd in sterke mate ingegeven door de doorgeschoten Amerikaanse angst voor het communisme. Gelukkig is er de laatste jaren wel een (lichte) verschuiving te zien geweest naar het midden; communistische regimes worden wat minder streng in de leer, en in het westen worden communistische ideeën wat beter getolereerd en geaccepteerd.
Over alle grenzen
Op de sociale media en fora zie je echter nog heel veel harde confrontaties tussen mensen met uitgesproken linkse en rechtse ideeën. Confrontaties waar de haat vanaf spat en waar heel goed uit blijkt hoe moeilijk het voor ons mensen is om standpunten te respecteren en accepteren die diametraal tegenover de onze staan. Nog een graadje erger wordt het echter wanneer het gaat over de islam; de discussie tussen nogal extreem rechts en de zogeheten linkse Gutmensch die moslims teveel zou vertrouwen. Aan de kant van de islamofoben en islamhaters zie je op Facebook en Twitter uitlatingen die alle grenzen van de betamelijkheid overschrijden. Ook de standpunten t.a.v. de islam van Geert Wilders zijn ver verwijderd van de gulden middenweg. Een religie willen verbieden, het bezit van een boek willen verbieden, de bouw van moskeeën willen verbieden, zijn voornemens die je niet anders kunt betitelen als dictatoriaal en extreem en laten creatieve, menselijke en sociaal wenselijke maatregelen die wat meer in het midden liggen buiten beschouwing. Met natuurlijk geheel aan de andere kant de barbaarse daden van groepen die onder islamitische vlag opereren en die de absolute tegenstelling zoeken.
Religieuze starheid
Ook op het gebied van religie zie je dikwijls dat er in uitersten wordt gedacht en geleefd. Zo is bijvoorbeeld onder atheïsten en materialisten een gangbare opvatting dat dit fysieke bestaan alles is wat er is. Meestal zonder ruimte te laten voor de gerechtvaardigde twijfel dat er ook meer zou kunnen zijn. Vooral de fundamentalistische atheïsten nemen een standpunt in dat zich op het einde van een denkbeeldige lijn bevindt en dat je dus nogal star zou kunnen noemen. Daar tegenover zijn er ook religieuze groepen die bijzonder streng in de leer zijn en elk woord in de bijbel of de koran letterlijk nemen. De rigide standpunten die dergelijke stromingen innemen leiden dikwijls tot een tamelijk inhumane benadering van anderen. Bijvoorbeeld de opvatting dat bedrijven zouden moeten kunnen weigeren om homoseksuelen aan te nemen. Een vorm van uitsluiting die je zou kunnen betitelen als harteloos en die absoluut geen recht doet aan de Bijbelse quote ‘wie zonder zonde is werpe de eerste steen’. Waarbij je natuurlijk ook nog kunt discussiëren over de vraag of homoseksualiteit een zonde is. Ook daar is heel veel ruimte om verder naar het midden op te schuiven. Ik schreef bijvoorbeeld ooit eens een essay in het antroposofische magazine Jonas, waarin ik op grond van Bijbelteksten redelijk geloofwaardig wist te maken dat homoseksualiteit een vorm van karma is.
Creativiteit versus star denken
Denken in lineaire uitersten kenmerkt zich ook dikwijls door starheid. Wanneer we uiterst star denken, dan beperken we onze mogelijkheden om te kunnen kiezen aanmerkelijk. Als we echter ons denken de ruimte geven en alle kanten uit laten gaan dan kunnen er hele creatieve ideeën ontstaan. Zo kende ik een stel dat ging scheiden en die de schade en het ongemak voor hun kinderen wilden beperken. Ze kwamen op een heel creatief idee; ze huurden een appartement waar ze beurtelings gingen wonen. De kinderen konden daardoor in het voormalig ouderlijk huis blijven wonen, in de buurt waar ze aan gewend waren, en hoefden niet regelmatig te verkassen van mama naar papa en vice versa. De ontwrichting werd daardoor zoveel mogelijk beperkt. Er werd niet enkel gedacht in uitersten maar ook de tussenliggende mogelijkheden werden gezien, en daardoor werd een creatieve oplossing mogelijk.
Het hart buitengesloten
In onze moderne samenleving wordt erg veel waarde aan het rationele denken toegekend, zoveel dat gevoelsmatige aspecten nogal eens ondersneeuwen, of bewust buiten beschouwing worden gelaten. Het hart wordt dan op praktische gronden buitengesloten bij de oordeelsvorming. Je ziet het bijvoorbeeld veel optreden wanneer er economische belangen in het spel zijn, met name binnen de zakenwereld en in de politiek. Wat het meest oplevert of wat het meest bespaart wordt de norm waar mededogen ondergeschikt aan wordt gemaakt. Hoe er met mensen wordt omgegaan wordt dan een rekensom of een wiskundige vergelijking, menselijke catastrofes een geaccepteerde bijwerking. Deze rationele en zakelijke benadering doordrenkt de samenleving. Je ziet het bijvoorbeeld ook terug in de politiek als er wordt gepleit voor het totaal stop zetten van ontwikkelingshulp of het niet meer binnenlaten in ons land van vluchtelingen. Zeker wanneer hierin een totalitair standpunt wordt vertolkt; nul ontwikkelingshulp, geen vluchteling meer naar binnen, is dat een symptoom van denken in uitersten, en van harteloosheid. Men laat zich niet meer beroeren door het vreselijke lijden van mensen in andere delen van de wereld. Ook de corona pandemie legt weer pijnlijk bloot dat eigen materieel belang en comfort voor velen prevaleert boven compassie met slachtoffers van deze ellendige met de verstikkingsdood eindigende ziekte. Illustratief is bijvoorbeeld dat er over ouderen gesproken wordt als dor hout en er ten berde wordt gebracht dat het leven nu eenmaal eindig is.
Het verheffende hart
Wanneer we ons hart laten beroeren, biedt dat een extra mogelijkheid om weg te komen van de uitersten en de tegenstellingen. Ons hart zoekt de verbinding, de harmonie, de vrede, de liefde, heeft mededogen, en het brengt ons naar gematigder standpunten die werkelijke ontmoetingen tussen mensen mogelijk maken; daar waar we respect voor de ander kunnen opbrengen of de verschillen zelfs kunnen worden overbrugd. Ik stel me dit voor als een driehoek. Wanneer we verstandelijk zoeken naar het naderbij komen van uiteen liggende standpunten, meningen, overtuigingen, dan ontstaat er door het gezamenlijk zoeken naar wederzijds begrip een laagbenige driehoek. Wanneer we ons hart er echter bij betrekken dan ontstaat er een verheffende stuwing waardoor er een hoogbenige driehoek ontstaat die reikt naar liefde en vrede. ‘Denk niet zwart, denk niet wit, denk niet zwart/wit, maar in de kleur van je hart.’
Gevoelens of emoties?
Wanneer we spreken over het hart, dan bedoelen we daar doorgaans gevoelens mee. Gevoelens dienen we te onderscheiden van emoties. Waar gevoelens ons kunnen helpen om de ander(en) beter te kunnen invoelen, scheiden emoties ons nogal eens van anderen. Angst, woede, agressie, staan (overwegend) ten dienste van het eigen belang, en dat verwijdert ons juist van anderen. Een voorbeeld: iemand die bijzonder strijdvaardig is op de sociale media, en anderen agressief bejegent, doet dat meestal vanuit angst. Angst dat zijn financiële belangen worden geschaad wanneer links of rechts teveel macht krijgt, angst dat de islam Europa zal veroveren (islamofobie), angst dat hij/zij materie of comfort zal moeten inleveren voor maatregelen tegen de corona pandemie, etc. etc. De woede die die angsten oproepen plaatst ons verder in een uiterste, brengt ons verder van het midden, en bemoeilijkt een zinvolle communicatie met andersdenkenden. Het gezegde luidt ‘angst is een slechte raadgever’, het is in elk geval een emotie die mensen (verder) uit elkaar drijft, en in die zin de tegenhanger van verbondenheid en liefde.
Je in het harnas laten jagen
Wanneer je fel reageert op anderen omdat de standpunten van die ander ver bij je vandaan liggen, en je dat als bedreigend ervaart, laat je je op de kast of in het harnas jagen. Je gaat een vechthouding aannemen, die je verder drijft in de richting van een uiterste. Dat heeft nadelen voor jezelf. Je zet je hakken in het zand, verhardt in standpunten en geeft jezelf minder ruimte om anders naar dingen te kijken. Bovendien geef je die ander zo juist invloed op jouw gedrag. Je geeft de regie over je emoties uit handen. De ander drukt bij jou op een knopje en je schiet in het verzet, of je gaat zelfs in de tegenaanval. Wat natuurlijk niet wegneemt dat het op zijn tijd ook zeker functioneel kan zijn om je verontwaardiging te uiten op het moment dat je onrecht of misstanden signaleert. Het is echter goed om te beseffen dat anderen toegankelijker zijn om je aan te horen wanneer je de boodschap rustig en zonder een overmaat aan emotie kunt brengen. Wat voor jou geldt gaat ook op voor de ander; op de kast of in het harnas zijn mensen niet voor rede vatbaar.
Handelen vanuit het midden; meer opties
Het denken in uitersten en het gedrag dat daaruit voortkomt slaat wiggen tussen mensen. Er is echter nog een reden om het midden te kiezen als uitvalsbasis. Vanuit het midden ben je namelijk veel beter in staat om vrij te zijn en om je aan te passen aan situaties. Een mooi voorbeeld wordt aangereikt door het schaakspel. Schakers weten dat de bezetting van het centrum van wezenlijk belang is voor het creëren van mogelijkheden. Wanneer de stukken centraal staan opgesteld, en ook nog eens goed samenwerken, krijg je invloed op het speelveld, en kun je op een gegeven moment ook de keuze maken waar jouw aanval gaat plaatsvinden. Beginners maken dikwijls de fout om geen aandacht aan dit principe te besteden, en staan dan tegen een ervaren speler, die allereerst zijn stukken zoveel mogelijk naar het centrum dirigeert, dikwijls al snel verloren . Je zou kunnen vinden dat mensen en groepen die uiterste standpunten innemen zichzelf ook erg onvrij maken in hun keuzeopties, net als in het schaakspel.
Ouder, wijzer, en dus gematigder
Het gezegde ‘het verstand komt met de jaren’ wordt veelal gebruikt in de betekenis dat men naarmate men ouder wordt ook wijzer wordt, dat men levenservaring heeft opgedaan en dat men daardoor het leven beter begrijpt. Hierbij is ook zeker van belang dat de scherpe kantjes van de standpunten worden geslepen doordat men heeft geleerd dat er maar weinig in ons leven werkelijk eenduidig is. Het gevoel voor nuance groeit naarmate men ouder wordt. Op jonge leeftijd is men op zoek naar helderheid in het verklaren van de wereld en alles wat daar gebeurt. De jonge mens heeft afgebakende denkkaders nodig, om een begin te maken met het begrijpen van deze wereld. Daarom heeft een puber ook kant en klare oplossingen voor alle problemen in de wereld. En als je daar als ouder dan iets op aanvult of iets vanaf doet, dan wordt dat als erg bedreigend ervaren en gaat zo’n jong mens hevig in verzet. Logisch hoor, maar gaandeweg lopen ze er wel tegenaan dat er maar weinig eenduidig is, en als er sprake is van een goede ontwikkeling dan gaat de scherpte er in de loop van tijd wel af. Met als eindresultaat de oudere die mildheid en begrip weet te betrachten.
Weinig standpunten zijn volledig waar
Een veel gebruikt gezegde luidt ‘de waarheid ligt (meestal) in het midden’. En dan hebben we ook nog ‘waar er twee kijven hebben er twee schuld’. Ook deze beide gezegden zijn natuurlijk niet altijd waar. Ze bevatten echter naar mijn overtuiging wel een grote kern van waarheid. Te vaak ontstaan er conflicten omdat we menen volledig gelijk te hebben of volledig in ons recht te staan. Een open oog voor onze eigen blinde vlekken, en de bereidheid om de zwakke plekken in onze opvattingen te zien, kan ons dan helpen om het allemaal wat ruimer te zien, en onszelf de vrijheid te schenken om onze mening aan te passen.
Tot slot nog een paar citaten die raakvlakken hebben met het onderwerp.
-
- Bij de meeste mensen berust het ongeloof in de ene zaak op blind geloof in een andere. Georg Christoph Lichtenberg
-
- Precies het tegenovergestelde doen is ook een vorm van imitatie. Georg Christoph Lichtenberg
-
- Als je tegen iets vecht, zit je er aan vast. Zolang je er tegen vecht, geef je het macht. De macht die je er aan geeft, is evenredig aan de kracht die je gebruikt om je er tegen te verzetten.(?)
-
- Elke (te) eenduidige bewering bevat honderden leugens in de vorm van ontkenning van nuances. (Han Kuik)
-
- Wie laatdunkend doet over het genuanceerde midden en het zoeken van de overeenkomst, zou wel eens verslaafd kunnen zijn aan de strijd. (Han Kuik)
- Natuurlijk maakt het uit of je christen, moslim, atheïst, of boeddhist bent. Als je hart echter maar het laatste woord heeft. (Han Kuik)
Hi Han, deskundigheid en spreken vanuit je hsrt vind ik mooi in balans in dit stuk. Van begin tot het einde geboeid blijven lezen. “Je hart doet ook mee” en “Het verheffende hart”
Raakte me vooral en de metaforen met de 2 driehoeken en het schaakspel maken het op een eenvoudige manier kan worden ervaren .
Dankjewel.